Om drie uur s’ochtends vertrok de bus vanuit Flores naar Tikal zodat we allemaal op tijd zouden zijn om één van de meest adembenemende zonsopgangen van onze planeet te kunnen aanschouwen. Drie uur s’ochtends vertrekken, dan kun je net zo goed wakker blijven dus. Het was de laatste avond met mijn circusvrienden Lyra, Darmi, Emily en een Duitse die alleen maar Duits is en verder geen talent heeft. Lyra mocht beslissen wat we gingen doen en dus besloot de Duitse thuis te blijven en haakten Darmi en Emily na één biertje af.
Op weg terug naar huis waren alle bars zo goed als uitgestorven en liep ik met een diep teleurgestelde Lyra over straat. Gelukkig hadden we in het Hostel nog bier liggen en hebben we onze laatste avond in complete dronkenschap aan de waterkant in Flores kunnen doorbrengen. Rond een uur of twee heb ik Lyra met een glimlach naar bed kunnen laten gaan. Of ze om 5 uur ook met een glimlach is opgestaan om te vertrekken naar Mexico ben ik nooit achter gekomen. Ik had namelijk belangrijker zaken te doen, zoals met een zatte kop op glibberige paadjes naar een tempel rennen voor een wonderschone zonsopgang.
Toen we eenmaal bij de tempel waren wist ik al dat ik een grote fout gemaakt had om voor die zogenaamde adembenemende zonsopgang op te blijven. Ten eerste regende het zoals het daar 80% van de tijd doet. Ten tweede hadden minstens 50 andere mensen ook het lumineuze idee opgevat om dit uiterst unieke tripje te maken. Ten derde stond naast me een dikke Britse die niets anders kon doen dan kokhalzen. Waarschijnlijk was ik daar de oorzaak van. Twee dagen klam alcoholzweet en een kegel verzuurd van de Cuba libres was waarschijnlijk net iets te veel voor haar nuchtere maag vrees ik. En ten vierde stond ik ook bij de andere Britten die me de avond daarvoor al kapot hadden geïrriteerd met hun muggenspray en oerchristelijke inborst. Het is onwaarschijnlijk, maar s’ochtends zijn Britten nog vervelender en lelijker dan s’avonds.
De zon kwam achter een dik wolkendek op en uiteindelijk heeft niemand een fatsoenlijke foto kunnen maken vanwege de moessonregen die met bakken uit de lucht kwam vallen. Diep teleurgestelde amateurfotografen stonden om me heen met regenkappen hun fotoapparatuur tegen de regen te beschermen.
Het verplichte rondje langs de rest van de tempels was niet alleen een test voor mijn blaas maar ook voor mijn geduld. Ondertussen was het al een uurtje of acht en mijn opkomende kater begon als een boa constrictor de bloedtoevoer naar mijn kop af te knellen.
Het enige waar ik me de daarop volgende drie uur mee heb kunnen vermaken was de hoop dat de dikke Britse van een van de trappen van de heilige tempels van Tikal zou lazeren. Samen met een aantal uitzonderlijk vriendelijke Israëli’s heb ik vanaf een bankje toegekeken en de Mayagoden vergeefs verzocht om haar vanaf de hoogste trede naar beneden te laten vallen zodat we haar botten konden horen kraken met elke tree waar ze vanaf rolde.
We hoopten dat haar vlezige lijf doorboord zou worden met botsplinters. We wensten dat het bloed zou druipen uit al haar lichaamsholtes en de stukken reuzel als een offer op deze heilige Mayatempels zouden blijven liggen. Rommeldebommelbommelaaargh!bommelbommelkraakscheurtbommelboem! We legden weddenschappen af over de wijze waarop ze onderaan de trap zou liggen. Op zijn minst met een schedelbasisfractuur en met haar bolle ogen glazig kijkend naar de gewijde hemel van Tikal. Haar vadsige benen dubbel geklapt onder haar massieve lijf.
Ja, Tikal is zo slecht nog niet als je met een aantal cynische Israëli’s je kater verwerkt.
Comments